Wanneer kunnen we zeggen dat onze identiteit of ons zelfgevoel volledig is gevormd? Zijn we reeds afgerond als individu door de verschillende invloeden zoals erfelijkheid, opvoeding, cultuur en life-events? Of kunnen we ons verder ontwikkelen tot een ruimer mens-zijn, meer groeien tot een echter en authentiek zelf, trouw aan eigen voorgestelde idealen los van beperkende bepalingen?
In de yogaleer spreekt men over de mogelijkheid van iedere mens om tot meer zelfmeesterschap te komen. Er bestaat een open weg waar men zich oefent in meer controle over de eigen emoties en beïnvloedende gedachten. Er is een groeien naar zelfinzicht, zelfaanvaarding, loslaten van beklemmende bindingen en uiteindelijk naar onafhankelijkheid en vrijheid. Deze vrijheid is niet die vrijheid van steeds eigen goesting kunnen doen of de opwellende verlangens onmiddellijk bevredigen. Dit kleine passieve ik – met de vele verwachtingshoudingen, ontgoochelingen, symbioses, frustraties en angsten – wordt meer losgelaten. Volgens de yogaleer beschikt de mens ook over een hoger zelf of scheppend principe dat de ware essentie is van de individualiteit. Het transformatieproces waarbij men meer tot loslaten komt van het enge ego met de verscheidene bindingen en het zich gestaag ontwikkelen tot dit hoger ik, is de kern van de yogaweg. De ware vrijheid ontstaat dan wanneer de mens volkomen in het hoger zelf leeft en vandaaruit vormgeeft aan het leven.
De Deense filosoof Kierkegaard spreekt veel over het belang van zelfwording. Hij zei dat ‘jezelf-zijn’ niet zomaar zonder enige inspanning wordt verworven, maar een herhaaldelijk moedig voortwaarts bewegen vraagt. Ook een gedurfde zelfreflectie, zelfaanvaarding en het loslaten van afremmende illusies. Niet het zich veilig verbergen in de massa, de trends volgen, het beleid of opgelegde procedures slaafs naleven of zichzelf verliezen in de vele wereldse zoethouders of verleidingen. Maar doorheen de intense dialectiek van de reflecties (eigen gedachten maken, afwegen, vertwijfeling,..) uiteindelijk tot het geloof komen in de pure mens dat geest is. Wat voor Kierkegaard geest is, betekent in de yoga het hogere ik. De sprong van het ethische naar het religieuze stadium waarover deze filosoof spreekt, kan vergeleken worden met het loslaten van het kleine ik en het komen tot het vernieuwde mens-zijn volgens de geest of hoger ik. In de geest wordt de mens herboren en waarlijk vrij.
In de werken van Kierkegaard komt het thema van de angst in al zijn facetten steeds terug naar voren. De meeste mensen blijven liever in hun gekende vertrouwde leven met zijn gewoontes en beperkingen. De zelfwording wordt gevreesd en gemeden omdat het een keuze of een stap vraagt in de duisternis. Die ongekende mogelijkheid van expansie lijkt te groots en bedreigend. De keuze tot veruiming en waarlijk mens-zijn wordt angstvallig bekeken. En haastig vlucht men terug in de ontelbare afhankelijkheden, schijnbeelden en emotionele troosters, om maar niet te hoeven denken aan die keuze. De sprong die eigenlijk het loslaten is van eigen angsten en ego-gedrag om te komen tot een veel ruimer, geestelijk, scheppend en vrij leven.
David Vanheerswynghels